Altweerterheide, wars van toeterwaals vertieren,
een wijkplaats waar kinderen naar beter vragen
en waartoe de glinster van het herfstblad dient.
Op een ven versterft in het maanlicht het ongezegde.
Het bos ademt beschaduwde fluisteruren na.
Een voorschot op het volle leven. Hier mag geen tijd
verloren gaan. Onder de gewelven van elk jaargetijde
geeft jong en oud zijn jaren in pand aan partituren,
oefening loopt uit in een harmonie van klanken.
Ontwaar hun spel, ontledigd van valse sporen,
de ontgrendelende vreugde van koper en hout.
Uit de gevilde zuiverheid daalt hemelgruis neer
in de stille vouwen van de nacht.
Op de windas van de gunst geeft de maestro nog ruimer baan.
Zijn aanslag omarmt nu heel zijn wereld, zijn
vulkanische ritmiek bladert door het archief
van zijn jongensdromen, eens alleen staan voor
een groot orkest. Het zoet van de afslag.
Henk Simons
Stadsdichter van Weert
27 oktober 2013